Standaardkleurenbeheerinstellingen op toepassings- en documentniveau in CorelDRAW X6.2

door David Milisock

In CorelDRAW® Graphics Suite X5 werd een grote verandering ingevoerd in de aanpak van kleurenbeheer. In deze versie werd het dialoogvenster Standaardkleurenbeheerinstellingen toegevoegd voor het configureren van standaardinstellingen voor kleurprofielen, kleurbeleid en rendering-intenties op toepassingsniveau, en het dialoogvenster Documentkleurinstellingen voor het aanpassen van kleurinstellingen die alleen van toepassing zijn op het huidige document. U kunt de documentkleurenbeheerinstellingen ook aanpassen als u een nieuw bestand maakt in het dialoogvenster Een nieuw document maken. De instellingen voor kleurenbeheer op documentniveau werden toegevoegd om gebruikers van CorelDRAW® X5 en X6 mogelijkheden te bieden om meerdere documenten uit verschillende kleurruimten tegelijkertijd correct te kunnen openen.

Standaardkleurenbeheerinstellingen op toepassingsniveau

U kunt het dialoogvenster Standaardkleurenbeheerinstellingen (zie afbeelding A) openen door op Extra > Kleurenbeheer > Standaardinstellingen te klikken. Houd er rekening mee dat deze standaardinstellingen geen suggesties zijn voor kleurenbeheer. De opties in dit dialoogvenster zijn hetzelfde in CorelDRAW en Corel PHOTO-PAINT® met de uitzondering van de instelling Primaire kleurmodus. De vervolgkeuzelijst Primaire kleurmodus is alleen aanwezig in CorelDRAW omdat CDR-bestanden (de systeemeigen indeling van CorelDRAW) elementen van verschillende kleurmodellen kunnen bevatten (RGB, Grijstinten, CMYK en steunkleuren), en u kunt kiezen hoe speciale effecten worden gerenderd.



Afbeelding A

Standaardkleurinstellingen

Met de opties die u kiest in de vervolgkeuzelijsten voor Kleurprofielen stelt u de kleurruimte RGB, Grijstinten of CMYK in die wordt gebruikt voor kleurconversies. Deze waarden vormen de standaardinstellingen voor het maken van nieuwe documenten. Wanneer u een nieuw document maakt, kunt u deze instellingen voor het betreffende document wijzigen in het dialoogvenster Een nieuw document maken.

In CorelDRAW bepaalt de optie die u kiest in de vervolgkeuzelijst Primaire kleurmodus de kleuromgeving en wordt de juiste kleurruimte ingesteld voor het renderen van transparantie en voor de interactie tussen kleuren bij effecten, zoals bij gemengde kleuren.

De vervolgkeuzelijst Rendering-intentie bevat de opties voor het selecteren van de methode die wordt gebruikt voor het omzetten van de ene kleurruimte in een andere kleurruimte. De standaardwaarde is Relatief colorimetrisch, maar met de optie Perceptief beschikt u over de grootste compatibiliteit. Door bepaalde andere toepassingen wordt een proces gebruikt dat niet compatibel is met de ICC-normen (International Color Consortium®): 'zwartpuntcompensatie bij relatief colorimetrische rendering'. Dit proces is echter vrijwel identiek aan Perceptief in CorelDRAW X6.2, wat wel een met ICC compatibel proces is.

Instellingen voor kleurconversie

De kleurenbeheermodule of het kleursysteem dat u kiest in de vervolgkeuzelijst Kleursysteem bepaalt hoe apparaten, besturingssystemen en toepassingen onderling communiceren om ervoor te zorgen dat de kleuren consistent blijven. De standaardwaarde is Microsoft ICM CMM, het enige kleursysteem dat CorelDRAW en Adobe®-toepassingen gemeenschappelijk hebben. CorelDRAW Graphics Suite ondersteunt ook de kleursystemen Windows® Color System (Microsoft WCS) en LittleCMS (LCMS). Als uw werk wordt uitgevoerd via een lasergraveermachine of een borduurmachine, kunt u ook geen kleursysteem (Geen) kiezen.

Het selectievakje Puur zwart behouden is standaard uitgeschakeld, zodat juiste, met ICC compatibele conversies van zwart van de ene naar de andere kleurruimte worden gewaarborgd. Als u dit selectievakje inschakelt, worden de problemen gecorrigeerd bij het afdrukken van effen kleuren zwart op niet-PostScript®-apparaten, maar treedt een probleem op bij het afdrukken van zwart in bepaalde afbeeldingen en worden conversies toegepast die niet compatibel zijn met ICC.

Het selectievakje Grijs toewijzen aan CMYK-zwart is standaard ingeschakeld, zodat alle grijstinten worden afgedrukt als tinten zwart, en geen inkt voor de kleuren cyaan, magenta en geel worden verspild.

Met de opties in de vervolgkeuzelijst Steunkleurdefinitie worden de parameters bestuurd die de toepassing gebruikt voor het converteren van de gehele kleurruimte in steunkleuren en het converteren van steunkleuren naar alle overige kleurruimten. De standaardinstelling is Lab; dit is de Pantone®-specificatie die zorgt voor een nauwkeurigere conversie. Als u echter de kleuren uit oudere bestanden wilt afstemmen, is CMYK of RGB mogelijk een betere optie.

Kleurenbeheerbeleid

Met kleurenbeheerbeleid wordt bepaald hoe de kleuren worden beheerd in documenten die u opent en bewerkt. Bij de volgende beschrijving van kleurenbeheerbeleid gaan we ervan uit dat de selectievakjes Waarschuwen bij niet-overeenkomend kleurprofiel en Waarschuwen bij ontbrekend kleurprofiel zijn uitgeschakeld. Dit is voor beide de standaardwaarde.

Bestanden openen

Als u een bestand opent met ingesloten kleurprofielen die overeenkomen met de standaardkleurruimten van de toepassing, wordt het bestand standaard correct geopend. Als de ingesloten kleurprofielen in het bestand niet overeenkomen met de standaardwaarden van de toepassing, vindt een met ICC compatibele conversie plaats van de kleurruimten van het document naar die van de toepassing. En als er kleurprofielen ontbreken in het document, worden de standaardkleurprofielen toegepast. Dit kan leiden tot een kleurverschuiving.

Bestanden importeren en plakken

Als u een bestand importeert of plakt, worden de instellingen voor documentkleurenbeheer gebruikt in plaats van de standaardinstellingen voor kleurenbeheer op toepassingsniveau. Als u een bestand wilt importeren of plakken met een kleurprofiel dat overeenkomt met het profiel van het actieve document, wordt de importeer- of plakbewerking correct uitgevoerd.

Als u RGB- of grijstintenbestanden importeert of plakt met een kleurprofiel dat niet overeenkomt met het profiel van het actieve document, worden de kleuren geconverteerd naar de kleurruimten van het actieve document. Na een met ICC compatibele conversie van het kleurprofiel, blijft de weergave van kleuren behouden, maar worden de kleurwaarden mogelijk aangepast.

Kleuren in CMYK-bestanden worden echter toegewezen aan de CMYK-kleurruimte van het actieve document, waarbij de kleurwaarden behouden blijven, maar het uiterlijk van de kleuren mogelijk wordt gewijzigd. Er vindt een kleurverschuiving plaats bij uitvoer naar met ICC compatibele apparaten, maar niet bij uitvoer naar PostScript-apparaten, zoals drukpersen.

Kleurenbeheerinstellingen op documentniveau

Als u een nieuw document maakt in CorelDRAW, wordt standaard het dialoogvenster Een nieuw document maken (zie afbeelding B) geopend. De instellingen in het dialoogvenster Een nieuw document maken zijn alleen van toepassing op het nieuwe document en zijn niet van invloed op standaardkleurenbeheerinstellingen. Als u dit dialoogvenster niet wilt laten weergeven en u de voorkeur geeft aan de standaardinstellingen bij het maken van nieuwe documenten, schakelt u het selectievakje Dit dialoogvenster niet meer weergeven in.



Afbeelding B

U kunt het dialoogvenster Een nieuw document maken ook uitschakelen door op Extra > Opties, Werkruimte > Algemeen te klikken en het selectievakje Dialoogvenster Nieuw document weergeven uit te schakelen. Als u het dialoogvenster opnieuw wilt activeren, schakelt u het selectievakje Dialoogvenster Nieuw document weergeven in het dialoogvenster Opties (zie afbeelding C) in.



Afbeelding C

De opties in het dialoogvenster Een nieuw document maken zijn vergelijkbaar met de opties in het dialoogvenster Standaardkleurenbeheerinstellingen, maar zijn alleen van toepassing op het document dat u maakt.

De optie die u kiest in de vervolgkeuzelijst Primaire kleurmodus bepaalt de kleuromgeving voor het document. Met de vervolgkeuzelijsten in het gebied Kleurinstellingen stelt u de kleurruimte RGB, Grijstinten of CMYK in die wordt gebruikt voor conversie en voor het maken van nieuwe documenten. Deze instellingen zijn niet van invloed op de kleurenbeheerinstellingen voor de toepassing als geheel. Met de opties in de vervolgkeuzelijst Rendering-intentie stelt u de methode in voor het converteren van de ene kleurruimte naar een andere.

U kunt de documentkleurenbeheerinstellingen op elk gewenst moment aanpassen door op Extra > Kleurenbeheer > Standaardinstellingen te klikken.